Voor het clubblad van de Vrienden van het Schipperke schreef ik dit stukje.
Waaks
Mijn definitie van “waaks
zijn” is reageren op iets dat anders is dan normaal. Waaks zijn varieert van
ogen openen, oren spitsen, de adem laten stokken, spieren spannen, een languit
liggende hond gaat rechtop liggen, zitten, staan en lopen. Een waakse hond gaat
op de verandering af.
Verbaal zijn er diverse
reacties: zacht geluid in de keel, roef roef, je ziet het ook aan de flanken.
Ze zwellen op en worden met kracht weer slank. Blaffen is het volgende niveau
wat kan overgaan in geschetter. Hierbij snelt de hond op het bezoek af. Daarna
loopt de hond om de bezoeker heen en kan een snoet in een kuit duwen, of de
hond springt tegen de bezoeker op.
Honden zijn meer of minder
waaks. Je kunt het waaks zijn aan- of ontmoedigen. De hond is mijn maatje waar
ik van wil genieten, het huis beveiligen doe ik zelf wel. Schetterend waaks
zijn heb ik niet nodig tegen inbraak.
Ik vind waaksheid
onhandig. Het stoort de relatie tussen de hond en de baas. Een waakse hond is
bezig met de “indringer” of de verandering en luistert letterlijk niet meer
naar de baas. Alle trainingsarbeid spoelt weg in de goot. De baas is uitermate
teleurgesteld en de hond is sociaal onacceptabel bezig en niet te stoppen.
In onze vakantie
observeerde ik hoe het waaks zijn de onrust in stand houdt. Na een vier
kilometer wandeling naar en van het strand, een zwemuitje, gaat mijn waakse
hond niet tevreden languit op het terras liggen. Ze blijft alert, klaar om zich
te bemoeien met zaken die haar niet aangaan.
Ik observeer dat mijn
waakse hond tekeer gaat tegen een nieuwe stoel die gekocht is, de was die
anders aan de lijn hangt, een brooddoos die op de voorruit van de auto staat. Ik
merk dat een waakse hond lastig te trainen is. De simpelste opdrachten worden
niet uitgevoerd omdat de hond wordt afgeleid door de buurvrouw die op haar
balkon staat, een andere vrouw die een kleedje uitklopt, een putjes schepper,
de duif die overvliegt, een fietser in de straat. In wezen is een waakse hond
bezig met haar omgeving in de gaten te houden, in plaats van te kijken wat de
baas doet. Als je nu maar lang genoeg in de nieuwe situatie staat te wachten
tot de hond alles eigen gemaakt heeft, kun je haar vragen voor je te werken.
Dat zal ook zeker lukken. Maar als je steeds verplaatst, dan wandel je met een
hond die onvoorspelbaar reageert. Andere wandelaars, mensen die de hond niet
negeren, joggers, mensen die moeilijk lopen; andere hondenrassen, staart
standen, houdingen, energie, een waakse hond reageert overal op. Dit heeft bij
het ras Schipperke niet mijn hart gestolen.
Ik wist dat ik een waakse
hond kocht, maar veronderstelde dat het vooral een deurbel kwestie zou zijn.
Bovenstaande maakt duidelijk dat ik nu weet dat waaksheid meer consequenties
heeft. Ik heb de deurbel veel laten
klinken, om te zorgen dat het geblaf zich niet zou ontwikkelen. Het blaffen zit
kennelijk heel diep in de genen, en ik had nog veel vaker de bel loos moeten
laten klinken. Dat is bijna niet op te brengen.
Als de hond eenmaal aan
het schetteren is krijgt iedereen de neiging om er hard overheen te schreeuwen.
Het heeft geen effect, negeren is vaak het beste maar ook tenenkrommend.
Daarna heb ik geoefend om
de hond te laten zitten als de bel rinkelt. Erg moeilijk, dat moet je weken
lang dagelijks oefenen met heel goede beloningen. Een aantal keren gaat het
mis, heel ontmoedigend, ik heb het opgegeven. Als ik er aan denk zorg ik er
voor dat mijn hond niet mee kan gaan naar de voordeur. Eventueel bezoek krijgt
dan het dringende verzoek haar te negeren tot ze volledig rustig is.
Wel lukt het om de hond
consequent uit de tuin in huis te halen zodra ze een keer blaft. Maar of ze
hierdoor minder vaak blaft? Ik geloof het niet. Ze blaft zelfs als er bij de
buren wordt aangebeld. Ze blaft omdat geparkeerde automobilisten het portier
dichtgooien. En ze blaft tegen de dingen die ik helemaal niet waarneem.
In de vakantie had ik de
tijd om waaks gedrag te sturen. De hond mopperde tegen wandelaars met
tussenpozen van 2 seconden. Ik prees haar in de stilte. Soms prijs je dan
tijdens de volgende “roef, enkele foute momenten zijn er altijd in trainingen.
Maar het was wel vol te houden tot ze totaal stopte en ik het laatste woord
had.
Fokkers streven een zeker
doel na, vaak zijn bouw en uiterlijk belangrijk, echter de pups waar ze niet mee verder fokken
komen in de maatschappij om de mens gezelschap te houden. Die krijgen een
ingewikkelde sociale taak om hun eigenaar een plezier te doen. Ik wil er voor
pleiten dat het verminderen van waaksheid een rol gaat spelen.